Snelle inwerkingtreding wetgeving is nu essentieel", zegt Thyssen Vanmiddag bereikten de onderhandelaars van het Europees Parlement en het Iers Raadsvoorzitterschap, in aanwezigheid van Europees Commissaris voor de interne markt Michel Barnier, na 12 triloogvergaderingen, een politiek akkoord over de voorgestelde wetgeving voor een Europees bankentoezicht. Dit omvat twee verordeningen: enerzijds een verordening die de ECB de spil maakt van een Europees toezichtsysteem (SSM), anderzijds een verordening die de werking van de bestaande Europese Bankenautoriteit (EBA) afstemt op de nieuwe Europese structuur voor bankentoezicht.
"De nieuwe wetgeving is een essentiële stap naar de zogenaamde bankenunie. Deze structurele maatregel, die de Europese integratie op een essentieel punt zal verdiepen, zal het vertrouwen verder terugbrengen, de financiële sector sterker en geloofwaardiger maken, de economie ten goede komen en de spaarders beschermen. Van zodra het Europees bankentoezicht van kracht is, is ook een noodzakelijke eerste voorwaarde vervuld om bankinstellingen rechtstreeks te herkapitaliseren vanuit de Europese noodfondsen. Dit speelt een belangrijke rol bij het doorbreken van de band tussen de crisis in de banksector en de crisis van de overheidsfinanciën, wat goed nieuws is voor de belastingbetaler. Eenmaal het Europees bankentoezicht een feit is, zullen andere stappen in de ontwikkeling van de Bankenunie volgen, waaronder Europees geharmoniseerde systemen voor herstel en afwikkeling van banken (hangend), de creatie van een Europese afwikkelingsautoriteit (aangekondigd), en de verdere harmonisatie van de depositogarantiesstelsels (hangend)", aldus Marianne Thyssen (CD&V), rapporteur voor het bankentoezichtdossier in het Europees Parlement.
De essentie van het bereikte politiek akkoord
er komt een Europees toezichtsysteem waarvan de Europese Centrale Bank (ECB) de spil is en waarbij de nationale toezichthouders nauw worden betrokken
omdat de ECB niet rechtstreeks 6000 banken kan opvolgen in de Unie, is er een taakverdeling afgesproken tussen het Europese en het nationale toezichtniveau:
* de ECB zal de meer significante banken opvolgen, inbegrepen de banken die steun vragen of krijgen vanuit de Europese noodfondsen. Tenzij gerechtvaardigd door bijzondere omstandigheden vallen de drie meest significante banken in elke deelnemende lidstaat eveneens onder rechtstreeks ECB-toezicht. Banken met een belangrijke grensoverschrijdende activiteit of waarvoor de nationale toezichtsautoriteit vindt dat ze beter Europees gecontroleerd worden., kunnen onder bepaalde voorwaarden ook rechtstreeks onder de ECB komen
*de nationale toezichthouders blijven in beginsel die banken opvolgen die (systemisch) "minder significant" zijn (banken met minder dan 30 miljard euro activa of banken waarvan de activa in verhouding tot het BBP van de lidstaat minder dan 20% zijn)
belangrijk is dat het toezichtstelsel consistent en kwaliteitsvol moet zijn en daarom heeft de ECB de eindverantwoordelijkheid voor het toezicht en voor de operationele werking van het SSM-toezichtsysteem
de ECB kan ook, voor banken die in beginsel onder het nationale toezicht vallen, op elk ogenblik beslissen dit toezicht naar zich toe te trekken als dat nodig is voor het verzekeren van de consistentie van het toezicht.
de 17 eurolidstaten participeren automatisch in dit nieuwe toezichtsysteem. Niet-eurolidstaten kunnen beslissen vrijwillig deel te nemen ("opt-in")
de wetgeving is maximaal aantrekkelijk gemaakt voor niet-eurolidstaten zodat zij worden aangemoedigd deel te nemen aan het SSM-toezichtsysteem. Hoewel het toezicht ondergebracht is bij de ECB, waar niet-eurozone lidstaten geen zeggenschap hebben (dat is geregeld in het Verdrag en enkel aan de eurozonekant toebedeeld), is het "bestuur" van het Europees bankentoezicht zodanig georganiseerd dat de niet-eurozone lidstaten "zo goed als gelijke" invloed hebben. Zo hebben deze vrijwillig participerende niet-euro lidstaten gelijke stemrechten in de Raad van Toezicht, het orgaan dat de beslissingen kant en klaar maakt voor de besluitvorming van de raad van bestuur van de ECB (governing council)
Er wordt voor niet-euro landen ook voorzien in een uittredingsmogelijkheid. Marianne Thyssen: "Hoe meer EU lidstaten deelnemen aan het SSM hoe beter. Voor de financiële stabiliteit van de eurozone en de werking van de interne markt voor financiële diensten. Omdat niet-euro lidstaten momenteel niet kunnen terugvallen op de Europese eurozone noodfondsen en omdat ze op grond van het Europees Verdrag uitgesloten zijn van de beslissingen in de Raad van bestuur van de ECB, is er voor niet-euro lidstaten bij wijze van vrijwaringsmaatregel voorzien in een opt-out. Enerzijds zijn wij daar niet zo gelukkig mee, anderzijds begrijpen we dat dit een absolute voorwaarde is voor niet-euro lidstaten om deel te willen nemen aan het SSM. Het Parlement heeft uiteindelijk ingestemd met deze opt-out mogelijkheid in de mate dat ze gemotiveerd wordt, soms ook geconditioneerd is en op termijn herzien wordt. Als de rationale die ten grondslag ligt aan de opt-out mogelijkheden voor niet-eurozone lidstaten niet meer voorhanden is, dan moeten deze uitzonderingen herbekeken worden. Wanneer een niet-eurozone lidstaat toetreedt tot de euro is het hoedanook zo dat hij niet meer uit het SSM kan stappen."
wat haar toezichtstaak betreft zal de ECB worden onderworpen aan strikte vereisten inzake transparantie en democratische verantwoording tegenover het Europees Parlement.
Marianne Thyssen: "Het Parlement heeft een beslissende rol opgeëist en gekregen bij de aanduiding van de voorzitter en vice-voorzitter van de Raad van Toezicht van het SSM. Een vertegenwoordiging van het SSM kan ook in de nationale parlementen om uitleg gevraagd worden. Er is verder verduidelijkt dat het recht van onderzoek van het Parlement tegenover de ECB voor wat betreft deze nieuwe toezichttaak onverkort zal gelden. Het is belangrijk dat er geen controle vacuüm optreedt : verlies van controle op nationaal niveau moet gecompenseerd worden met extra Europese controle."
de governance van de Raad van Toezicht wordt in detail geregeld. Zo drukte het Parlement onder meer door dat de vergaderingen van de Raad van Toezicht moet worden voorbereid door een stuurgroep die beperkt van samenstelling is en zal werken vanuit het Europees belang (geen intergouvernementele aanpak)
de toezichttaken van de ECB moeten nauwer worden gescheiden van haar monetaire taak. Deze scheiding wordt scherper gesteld door het Parlement, door bijvoorbeeld te voorzien in gescheiden rapportagelijnen en stafmedewerkers.
de ECB krijgt een breed pakket aan prudentiële toezichtstaken en ruime bevoegdheden, zoals het verrichten van stresstests, het uitvoeren van inspecties ter plaats of zelfs het afzetten van het management van een bank.
Europese bankenautoriteit
De oprichting van het ECB/SSM mag de goede werking van de bestaande Europese Bankenautoriteit (EBA) niet hinderen. De EBA oefent haar functies onverkort uit voor het vrijwaren van de EU27 interne markt voor financiële diensten en voor het handhaven van de stabiliteit van het financiële stelsel in de interne markt. EBA gaat door met de ontwikkeling van één enkel "wetboek" voor de reglementering van banken ("single rule book"). Verder heeft ze voortaan de zorg voor de consistentie van de toezichtpraktijken in heel de Unie (27 lidstaten).
EBA versterkt zijn bevoegdheden tegenover nationale toezichthouders en banken inzake het verzamelen van informatie (essentieel om onderzoeken geloofwaardig uit te kunnen voeren)
EBA zal tenminste éénmaal per jaar beoordelen of het wenselijk is op Unieschaal de veerkracht van financiële instellingen te beoordelen ("stresstests")
EBA wordt verantwoordelijk voor het opstellen van een toezichthandboek ("supervisory handbook")
De drie laatste genoemde bevoegdheden versterken de slagkracht van EBA wat nodig is omdat uit de evaluatie van haar dagdagelijkse werking blijkt dat de EBA sinds de start van haar werking begin 2011 een aantal essentiële tools mist om zijn opdrachten op een geloofwaardige manier te kunnen uitvoeren.
(De Raad en de Commissie wilden zich nu beperken tot het herzien van die bepalingen die rechtstreeks gelinkt zijn aan het opzetten van het Europees toezichtsysteem. Voor andere aanpassingen aan de EBA-wetgeving zou dan de voor januari 2014 geplande herziening van de wetgeving afgewacht worden. Het Parlement heeft in de politieke onderhandelingen met de Raad echter doorgedrukt dat de bevoegdheden van EBA nu reeds op een aantal vlakken worden versterkt).
Wat het nemen van beslissingen binnen de Raad van Toezichthouders van EBA betreft, wordt gegarandeerd dat niet-euro lidstaten die niet deelnemen aan het SSM niet worden geminoriseerd bij de besluitvorming door een meerderheid van lidstaten die wel deelnemen aan het SSM. Tegelijk wordt erover gewaakt dat niet-euro lidstaten die niet deelnemen aan het SSM de besluitvorming in EBA niet kunnen verlammen (ten nadele van wel aan het SSM deelnemende lidstaten).
Marianne Thyssen: "De door de Raad van Ministers naar voor geschoven piste dat de Raad van Toezichthouders van EBA in haar besluitvorming moet streven naar consensus was voor het Parlement niet verteerbaar. Wij hebben daarom voorzien dat de voorzitter van EBA op gelijk welk moment een meerderheidsstemming kan eisen."
Inwerkingtreding
Habemus legem?
De volgende stap in de procedure is de (verwachte) goedkeuring in de plenaire vergadering van het Europees Parlement enerzijds en de unanieme beslissing in de Raad van Ministers van Financiën van de lidstaten (ECOFIN) anderzijds. Dit laatste kan echter pas als het Duits Parlement geen onoverkomelijke bezwaren uit. De tekst van het politiek akkoord moet immers nog aan het Duitse Parlement voorgelegd. Dit ingevolge een arrest van het Duits Grondwettelijk Hof te Karlsruhe dat stelt dat het Duits Parlement moet geconsulteerd worden indien er belangrijke bevoegdheids-transfers zijn van het Duitse naar het Europese beleidsniveau.
"Gezien het nog steeds relatief instabiele politieke en economische klimaat in een aantal EU lidstaten is het belangrijk dat het SSM zo snel mogelijk in werking kan treden, dit evenwel zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van het toezicht. Dit impliceert dat de wettelijke omkadering volledig aanwezig is en dat de ECB zelf operationeel klaar is voor deze nieuwe taak. Ik roep het Duits Parlement op zich in deze te laten leiden door de merites van het dossier en niet door de komende verkiezingen in Duitsland." stelt Marianne Thyssen.
Zodra deze laatste barrières genomen zijn, treden de wetten vijf dagen na hun publicatie in werking. De ECB heeft dan 12 maanden de tijd om er voor te zorgen dat de operationele werking rond is. "Mijn inschatting is dat dit stelsel echt operationeel zal zijn tegen juni 2014", besluit Thyssen.
Voor meer informatie:
Marianne Thyssen, Europarlementslid CD&V
Greet Gysen, EVP-Persdienst, Tel
website: www.mariannethyssen.be
Bron: politics.be
"De nieuwe wetgeving is een essentiële stap naar de zogenaamde bankenunie. Deze structurele maatregel, die de Europese integratie op een essentieel punt zal verdiepen, zal het vertrouwen verder terugbrengen, de financiële sector sterker en geloofwaardiger maken, de economie ten goede komen en de spaarders beschermen. Van zodra het Europees bankentoezicht van kracht is, is ook een noodzakelijke eerste voorwaarde vervuld om bankinstellingen rechtstreeks te herkapitaliseren vanuit de Europese noodfondsen. Dit speelt een belangrijke rol bij het doorbreken van de band tussen de crisis in de banksector en de crisis van de overheidsfinanciën, wat goed nieuws is voor de belastingbetaler. Eenmaal het Europees bankentoezicht een feit is, zullen andere stappen in de ontwikkeling van de Bankenunie volgen, waaronder Europees geharmoniseerde systemen voor herstel en afwikkeling van banken (hangend), de creatie van een Europese afwikkelingsautoriteit (aangekondigd), en de verdere harmonisatie van de depositogarantiesstelsels (hangend)", aldus Marianne Thyssen (CD&V), rapporteur voor het bankentoezichtdossier in het Europees Parlement.
De essentie van het bereikte politiek akkoord
er komt een Europees toezichtsysteem waarvan de Europese Centrale Bank (ECB) de spil is en waarbij de nationale toezichthouders nauw worden betrokken
omdat de ECB niet rechtstreeks 6000 banken kan opvolgen in de Unie, is er een taakverdeling afgesproken tussen het Europese en het nationale toezichtniveau:
* de ECB zal de meer significante banken opvolgen, inbegrepen de banken die steun vragen of krijgen vanuit de Europese noodfondsen. Tenzij gerechtvaardigd door bijzondere omstandigheden vallen de drie meest significante banken in elke deelnemende lidstaat eveneens onder rechtstreeks ECB-toezicht. Banken met een belangrijke grensoverschrijdende activiteit of waarvoor de nationale toezichtsautoriteit vindt dat ze beter Europees gecontroleerd worden., kunnen onder bepaalde voorwaarden ook rechtstreeks onder de ECB komen
*de nationale toezichthouders blijven in beginsel die banken opvolgen die (systemisch) "minder significant" zijn (banken met minder dan 30 miljard euro activa of banken waarvan de activa in verhouding tot het BBP van de lidstaat minder dan 20% zijn)
belangrijk is dat het toezichtstelsel consistent en kwaliteitsvol moet zijn en daarom heeft de ECB de eindverantwoordelijkheid voor het toezicht en voor de operationele werking van het SSM-toezichtsysteem
de ECB kan ook, voor banken die in beginsel onder het nationale toezicht vallen, op elk ogenblik beslissen dit toezicht naar zich toe te trekken als dat nodig is voor het verzekeren van de consistentie van het toezicht.
de 17 eurolidstaten participeren automatisch in dit nieuwe toezichtsysteem. Niet-eurolidstaten kunnen beslissen vrijwillig deel te nemen ("opt-in")
de wetgeving is maximaal aantrekkelijk gemaakt voor niet-eurolidstaten zodat zij worden aangemoedigd deel te nemen aan het SSM-toezichtsysteem. Hoewel het toezicht ondergebracht is bij de ECB, waar niet-eurozone lidstaten geen zeggenschap hebben (dat is geregeld in het Verdrag en enkel aan de eurozonekant toebedeeld), is het "bestuur" van het Europees bankentoezicht zodanig georganiseerd dat de niet-eurozone lidstaten "zo goed als gelijke" invloed hebben. Zo hebben deze vrijwillig participerende niet-euro lidstaten gelijke stemrechten in de Raad van Toezicht, het orgaan dat de beslissingen kant en klaar maakt voor de besluitvorming van de raad van bestuur van de ECB (governing council)
Er wordt voor niet-euro landen ook voorzien in een uittredingsmogelijkheid. Marianne Thyssen: "Hoe meer EU lidstaten deelnemen aan het SSM hoe beter. Voor de financiële stabiliteit van de eurozone en de werking van de interne markt voor financiële diensten. Omdat niet-euro lidstaten momenteel niet kunnen terugvallen op de Europese eurozone noodfondsen en omdat ze op grond van het Europees Verdrag uitgesloten zijn van de beslissingen in de Raad van bestuur van de ECB, is er voor niet-euro lidstaten bij wijze van vrijwaringsmaatregel voorzien in een opt-out. Enerzijds zijn wij daar niet zo gelukkig mee, anderzijds begrijpen we dat dit een absolute voorwaarde is voor niet-euro lidstaten om deel te willen nemen aan het SSM. Het Parlement heeft uiteindelijk ingestemd met deze opt-out mogelijkheid in de mate dat ze gemotiveerd wordt, soms ook geconditioneerd is en op termijn herzien wordt. Als de rationale die ten grondslag ligt aan de opt-out mogelijkheden voor niet-eurozone lidstaten niet meer voorhanden is, dan moeten deze uitzonderingen herbekeken worden. Wanneer een niet-eurozone lidstaat toetreedt tot de euro is het hoedanook zo dat hij niet meer uit het SSM kan stappen."
wat haar toezichtstaak betreft zal de ECB worden onderworpen aan strikte vereisten inzake transparantie en democratische verantwoording tegenover het Europees Parlement.
Marianne Thyssen: "Het Parlement heeft een beslissende rol opgeëist en gekregen bij de aanduiding van de voorzitter en vice-voorzitter van de Raad van Toezicht van het SSM. Een vertegenwoordiging van het SSM kan ook in de nationale parlementen om uitleg gevraagd worden. Er is verder verduidelijkt dat het recht van onderzoek van het Parlement tegenover de ECB voor wat betreft deze nieuwe toezichttaak onverkort zal gelden. Het is belangrijk dat er geen controle vacuüm optreedt : verlies van controle op nationaal niveau moet gecompenseerd worden met extra Europese controle."
de governance van de Raad van Toezicht wordt in detail geregeld. Zo drukte het Parlement onder meer door dat de vergaderingen van de Raad van Toezicht moet worden voorbereid door een stuurgroep die beperkt van samenstelling is en zal werken vanuit het Europees belang (geen intergouvernementele aanpak)
de toezichttaken van de ECB moeten nauwer worden gescheiden van haar monetaire taak. Deze scheiding wordt scherper gesteld door het Parlement, door bijvoorbeeld te voorzien in gescheiden rapportagelijnen en stafmedewerkers.
de ECB krijgt een breed pakket aan prudentiële toezichtstaken en ruime bevoegdheden, zoals het verrichten van stresstests, het uitvoeren van inspecties ter plaats of zelfs het afzetten van het management van een bank.
Europese bankenautoriteit
De oprichting van het ECB/SSM mag de goede werking van de bestaande Europese Bankenautoriteit (EBA) niet hinderen. De EBA oefent haar functies onverkort uit voor het vrijwaren van de EU27 interne markt voor financiële diensten en voor het handhaven van de stabiliteit van het financiële stelsel in de interne markt. EBA gaat door met de ontwikkeling van één enkel "wetboek" voor de reglementering van banken ("single rule book"). Verder heeft ze voortaan de zorg voor de consistentie van de toezichtpraktijken in heel de Unie (27 lidstaten).
EBA versterkt zijn bevoegdheden tegenover nationale toezichthouders en banken inzake het verzamelen van informatie (essentieel om onderzoeken geloofwaardig uit te kunnen voeren)
EBA zal tenminste éénmaal per jaar beoordelen of het wenselijk is op Unieschaal de veerkracht van financiële instellingen te beoordelen ("stresstests")
EBA wordt verantwoordelijk voor het opstellen van een toezichthandboek ("supervisory handbook")
De drie laatste genoemde bevoegdheden versterken de slagkracht van EBA wat nodig is omdat uit de evaluatie van haar dagdagelijkse werking blijkt dat de EBA sinds de start van haar werking begin 2011 een aantal essentiële tools mist om zijn opdrachten op een geloofwaardige manier te kunnen uitvoeren.
(De Raad en de Commissie wilden zich nu beperken tot het herzien van die bepalingen die rechtstreeks gelinkt zijn aan het opzetten van het Europees toezichtsysteem. Voor andere aanpassingen aan de EBA-wetgeving zou dan de voor januari 2014 geplande herziening van de wetgeving afgewacht worden. Het Parlement heeft in de politieke onderhandelingen met de Raad echter doorgedrukt dat de bevoegdheden van EBA nu reeds op een aantal vlakken worden versterkt).
Wat het nemen van beslissingen binnen de Raad van Toezichthouders van EBA betreft, wordt gegarandeerd dat niet-euro lidstaten die niet deelnemen aan het SSM niet worden geminoriseerd bij de besluitvorming door een meerderheid van lidstaten die wel deelnemen aan het SSM. Tegelijk wordt erover gewaakt dat niet-euro lidstaten die niet deelnemen aan het SSM de besluitvorming in EBA niet kunnen verlammen (ten nadele van wel aan het SSM deelnemende lidstaten).
Marianne Thyssen: "De door de Raad van Ministers naar voor geschoven piste dat de Raad van Toezichthouders van EBA in haar besluitvorming moet streven naar consensus was voor het Parlement niet verteerbaar. Wij hebben daarom voorzien dat de voorzitter van EBA op gelijk welk moment een meerderheidsstemming kan eisen."
Inwerkingtreding
Habemus legem?
De volgende stap in de procedure is de (verwachte) goedkeuring in de plenaire vergadering van het Europees Parlement enerzijds en de unanieme beslissing in de Raad van Ministers van Financiën van de lidstaten (ECOFIN) anderzijds. Dit laatste kan echter pas als het Duits Parlement geen onoverkomelijke bezwaren uit. De tekst van het politiek akkoord moet immers nog aan het Duitse Parlement voorgelegd. Dit ingevolge een arrest van het Duits Grondwettelijk Hof te Karlsruhe dat stelt dat het Duits Parlement moet geconsulteerd worden indien er belangrijke bevoegdheids-transfers zijn van het Duitse naar het Europese beleidsniveau.
"Gezien het nog steeds relatief instabiele politieke en economische klimaat in een aantal EU lidstaten is het belangrijk dat het SSM zo snel mogelijk in werking kan treden, dit evenwel zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van het toezicht. Dit impliceert dat de wettelijke omkadering volledig aanwezig is en dat de ECB zelf operationeel klaar is voor deze nieuwe taak. Ik roep het Duits Parlement op zich in deze te laten leiden door de merites van het dossier en niet door de komende verkiezingen in Duitsland." stelt Marianne Thyssen.
Zodra deze laatste barrières genomen zijn, treden de wetten vijf dagen na hun publicatie in werking. De ECB heeft dan 12 maanden de tijd om er voor te zorgen dat de operationele werking rond is. "Mijn inschatting is dat dit stelsel echt operationeel zal zijn tegen juni 2014", besluit Thyssen.
Voor meer informatie:
Marianne Thyssen, Europarlementslid CD&V
Greet Gysen, EVP-Persdienst, Tel
website: www.mariannethyssen.be
Bron: politics.be