Het Comité van de Regio's (CvdR) steunt de plannen van de Europese Commissie voor een Europees industriebeleid, maar waarschuwt dat de territoriale dimensie niet uit het oog mag worden verloren, wil de aanpak kans van slagen hebben. Tijdens een toespraak in Brussel heeft CvdR-voorzitter Ramón Luis Valcárcel Siso gezegd dat een geïntegreerd Europees industriebeleid de sleutel vormt tot een duurzame en concurrerende markt en de broodnodige economische groei. Hij ziet daarbij een rol weggelegd voor het cohesiebeleid, dat zou moeten worden ingezet om innovaties overal in de Europese industrie te verspreiden, ook in het mkb en de perifere regio's.
In het kader van de Europa 2020-strategie die de Europese economie nieuw leven moet inblazen, wil de EU het aandeel van de industrie in het bbp van de EU optrekken van de huidige 16% naar 20% in 2020. CvdR-voorzitter Ramón Luis Valcárcel Siso juichte de voorstellen voor een industriebeleid toe, die volgens hem niet alleen een wereldwijd perspectief voor investeringen, maar ook een plan van aanpak bieden voor andere belangrijke terreinen, zoals de interne markt en het mkb- en mededingingsbeleid. Voorwaarde is wel, zo stelde hij nadrukkelijk, dat er "gebruikgemaakt wordt van de expertise van de lokale en regionale overheden" om het concurrentievermogen van de Europese industrie te versterken. "Zij weten immers welke problemen en uitdagingen er daadwerkelijk in de regio's spelen. Een geïntegreerde territoriale aanpak, onder meer in de vorm van een doeltreffend cohesie-, mededingings-, onderzoeks- en innovatie- en werkgelegenheidsbeleid en maatregelen ter bevordering van vaardigheden, is nodig om de omschakeling van de industrie en het economisch herstel aan te sturen. We kunnen het ons niet permitteren de zaken zonder enige coördinatie aan te pakken. Als regionale bestuurders merken we dat elke dag weer."
Antonio Tajani, Europees commissaris voor industrie en ondernemerschap, voegde daaraan toe dat "de reële economie meer dan ooit aan de basis ligt van het economisch herstel in Europa. Ons rapport over het concurrentievermogen van de industrie laat er geen twijfel over bestaan: de Europese industrie is de sleutel tot groei en werkgelegenheid. We hebben EU-maatregelen voorgesteld voor een herindustrialisering van Europa. Momenteel is de industriesector goed voor 16% van het bbp van de EU. Belangrijk is dat we samenwerken om het vertrouwen te herstellen en de industrie terug te brengen naar Europa. In 2020 moet het aandeel van de industrie in het bbp rond de 20% bedragen. Dat is het doel dat de Commissie zich heeft gesteld."
CvdR-voorzitter Valcárcel wees ook op het belang van het cohesiebeleid: "Het regionaal beleid is steeds sterker gericht op aspecten die cruciaal zijn voor industriële groei, zoals innovatieve productie- en distributiemethoden, modernisering van de infrastructuur, en opleiding en kwalificatie van personeel. Mits ze de nodige instrumenten ter beschikking krijgen, kunnen Europa's steden en regio's een belangrijke rol spelen in de instandhouding en versterking van de industrie." Momenteel is zo'n 16% van de beroepsbevolking werkzaam in de industriële sector, al loopt dit aandeel per land en regio sterk uiteen. Voorzitter Valcárcel zei daarover: "Het gemiddelde aandeel van de industrie in het bbp bedraagt in de EU momenteel 16%. Per land kan dit echter oplopen tot bijv. 26%, zoals in Slowakije, of slechts 9,8% bedragen, zoals in het Verenigd Koninkrijk. Het Cohesiefonds is het instrument bij uitstek om in te spelen op de verschillende behoeften. De territoriale dimensie is uitermate belangrijk en mag bij het zoeken naar doeltreffende Europese oplossingen om werkgelegenheid en groei te bevorderen en een succesvol industriebeleid gestalte te geven niet verwaarloosd worden."
Voorzitter Valcárcel en Europees commissaris Tajani spraken ter gelegenheid van een conferentie over het industriebeleid, die deel uitmaakt van een reeks conferenties die door het CvdR worden gehouden om de zeven vlaggenschipinitiatieven van de Europa 2020-strategie vanuit lokaal en regionaal perspectief te evalueren. De conferentie vond de dag voor de 100e zitting van het CvdR plaats, tijdens welke Claude Gewerc (FR/PSE), voorzitter van de regioraad van Picardië, zijn advies over de Commissievoorstellen betreffende het Europese industriebeleid ter goedkeuring voorlegt aan de voltallige vergadering.
Bron: politics.be
In het kader van de Europa 2020-strategie die de Europese economie nieuw leven moet inblazen, wil de EU het aandeel van de industrie in het bbp van de EU optrekken van de huidige 16% naar 20% in 2020. CvdR-voorzitter Ramón Luis Valcárcel Siso juichte de voorstellen voor een industriebeleid toe, die volgens hem niet alleen een wereldwijd perspectief voor investeringen, maar ook een plan van aanpak bieden voor andere belangrijke terreinen, zoals de interne markt en het mkb- en mededingingsbeleid. Voorwaarde is wel, zo stelde hij nadrukkelijk, dat er "gebruikgemaakt wordt van de expertise van de lokale en regionale overheden" om het concurrentievermogen van de Europese industrie te versterken. "Zij weten immers welke problemen en uitdagingen er daadwerkelijk in de regio's spelen. Een geïntegreerde territoriale aanpak, onder meer in de vorm van een doeltreffend cohesie-, mededingings-, onderzoeks- en innovatie- en werkgelegenheidsbeleid en maatregelen ter bevordering van vaardigheden, is nodig om de omschakeling van de industrie en het economisch herstel aan te sturen. We kunnen het ons niet permitteren de zaken zonder enige coördinatie aan te pakken. Als regionale bestuurders merken we dat elke dag weer."
Antonio Tajani, Europees commissaris voor industrie en ondernemerschap, voegde daaraan toe dat "de reële economie meer dan ooit aan de basis ligt van het economisch herstel in Europa. Ons rapport over het concurrentievermogen van de industrie laat er geen twijfel over bestaan: de Europese industrie is de sleutel tot groei en werkgelegenheid. We hebben EU-maatregelen voorgesteld voor een herindustrialisering van Europa. Momenteel is de industriesector goed voor 16% van het bbp van de EU. Belangrijk is dat we samenwerken om het vertrouwen te herstellen en de industrie terug te brengen naar Europa. In 2020 moet het aandeel van de industrie in het bbp rond de 20% bedragen. Dat is het doel dat de Commissie zich heeft gesteld."
CvdR-voorzitter Valcárcel wees ook op het belang van het cohesiebeleid: "Het regionaal beleid is steeds sterker gericht op aspecten die cruciaal zijn voor industriële groei, zoals innovatieve productie- en distributiemethoden, modernisering van de infrastructuur, en opleiding en kwalificatie van personeel. Mits ze de nodige instrumenten ter beschikking krijgen, kunnen Europa's steden en regio's een belangrijke rol spelen in de instandhouding en versterking van de industrie." Momenteel is zo'n 16% van de beroepsbevolking werkzaam in de industriële sector, al loopt dit aandeel per land en regio sterk uiteen. Voorzitter Valcárcel zei daarover: "Het gemiddelde aandeel van de industrie in het bbp bedraagt in de EU momenteel 16%. Per land kan dit echter oplopen tot bijv. 26%, zoals in Slowakije, of slechts 9,8% bedragen, zoals in het Verenigd Koninkrijk. Het Cohesiefonds is het instrument bij uitstek om in te spelen op de verschillende behoeften. De territoriale dimensie is uitermate belangrijk en mag bij het zoeken naar doeltreffende Europese oplossingen om werkgelegenheid en groei te bevorderen en een succesvol industriebeleid gestalte te geven niet verwaarloosd worden."
Voorzitter Valcárcel en Europees commissaris Tajani spraken ter gelegenheid van een conferentie over het industriebeleid, die deel uitmaakt van een reeks conferenties die door het CvdR worden gehouden om de zeven vlaggenschipinitiatieven van de Europa 2020-strategie vanuit lokaal en regionaal perspectief te evalueren. De conferentie vond de dag voor de 100e zitting van het CvdR plaats, tijdens welke Claude Gewerc (FR/PSE), voorzitter van de regioraad van Picardië, zijn advies over de Commissievoorstellen betreffende het Europese industriebeleid ter goedkeuring voorlegt aan de voltallige vergadering.
Bron: politics.be