Onder het voorzitterschap van Eerste Minister Elio Di Rupo hebben de 8 partijen verbonden aan de Staatshervorming een akkoord gesloten over de hervorming van de dotaties aan de koninklijke familie. Deze hervorming van de dotaties heeft drie doelstellingen: een modernisering van het systeem, een grotere controle en meer transparantie inzake het functioneren van de monarchie.
Dit zijn de grote lijnen van de hervorming:
1. Het aantal begunstigden van de dotaties daalt.
a. In de toekomst zullen enkel de vermoedelijke troonopvolger, de overlevende echtgeno(o)te van de Koning, de overlevende echtgeno(o)te van de vermoedelijke troonopvolger en de Koning die voortijdig zijn functies neerlegt, en zijn overlevende echtgeno(o)t(e) een dotatie genieten. De broers en zussen van de vermoedelijke troonopvolger zullen dus niet langer recht hebben op een dotatie.
b. Een overgangssituatie is voorzien voor Prinses Astrid en Prins Laurent, die een dotatie zullen blijven genieten.
2. Elke dotatie aan een lid van de koninklijke familie zal uit twee delen bestaan : één deel dat overeenkomt met een vergoeding en een ander deel dat overeenkomt met werkings- en personeelskosten.
Voor Prinses Astrid en Prins Laurent zal de vergoeding het equivalent bedragen van deze van een lid van de Raad van State. Voor de vermoedelijke troonopvolger gaat het om het dubbele van de vergoeding van een lid van de Raad van State. Voor de overlevende echtgeno(o)t(e) van de koning zal de dotatie en daaruit volgend ook de vergoeding - maximaal twee derde van deze van de vermoedelijke troonopvolger bedragen.
3. De leden van de koninklijke familie die een dotatie genieten zullen belastingen betalen.
a. De leden van de koninklijke familie zullen Personenbelasting betalen op het deel vergoeding van de dotatie.
b. De leden van de koninklijke familie zullen eveneens BTW en accijnzen betalen.
c. Rekening houdend met de directe en indirecte belastingheffing zullen de netto bedragen van de dotaties aan alle leden van de koninklijke familie dus dalen.
4. De dotaties van de leden van de koninklijke familie zullen gecontroleerd worden.
a. De Eerste Voorzitter en de Voorzitter van het Rekenhof zullen het deel van de dotatie bestaande uit werkings- en personeelskosten controleren.
b. Een deontologische code zal van toepassing zijn op alle leden van de koninklijke familie die een dotatie genieten.
5. De dotaties aan de leden van de koninklijke familie zullen transparant zijn.
a. Elk jaar zullen de bedragen van de voornaamste rubrieken van de rekeningen van de dotaties (buiten het deel vergoeding) gepubliceerd worden.
b. Het geheel van de uitgaven verbonden aan de monarchie (civiele lijst, dotaties, departementale budgetten) zal gehergroepeerd worden in eenzelfde begrotingshoofdstuk.
c. Er wordt eveneens een jaarlijks rapport gepubliceerd over de activiteiten van algemeen belang van de leden van de koninklijke familie.
Deze hervorming van de dotaties van de koninklijke familie is de belangrijkste sinds het ontstaan van de Belgische monarchie.
Gelieve onderaan de inhoud van het akkoord te vinden.
Hervorming van de dotaties aan de leden van de koninklijke familie - Algemene principes
1) Een deel van de dotaties komt overeen met werkings- en personeelsuitgaven, een ander met een vergoeding waarvan het bedrag vastgelegd kan worden met als referentie een hoge functie in de magistratuur of bij de publieke overheid in de brede zin van het woord. Dit deel wordt niet onderworpen aan controle door het Rekenhof.
Het deel « vergoeding » van Prinses Astrid en Prins Laurent komt overeen met het bedrag van een vergoeding van een lid van de Raad van State.
Het deel « vergoeding » van de vermoedelijke troonopvolger komt overeen met het dubbele van het bedrag van een vergoeding van een lid van de Raad van State.
Het deel « vergoeding » van de overlevende echtgeno(o)t(e) komt overeen met maximaal twee derde van de vergoeding van de vermoedelijke troonopvolger.
2) Het genieten van een dotatie is niet verenigbaar met de uitoefening van een bezoldigde functie.
3) De dotatie van de overlevende echtgeno(o)t(e) van het Staatshoofd mag deze van de vermoedelijke troonopvolger niet overschrijden.
4) Er wordt een controle van deze werkings- en personeelsuitgaven georganiseerd door de Eerste Voorzitter en de Voorzitter van het Rekenhof.
5) Elk jaar worden de bedragen van de voornaamste rubrieken van de rekeningen van de dotaties gepubliceerd (buiten het deel vergoeding). De benamingen van de voornaamste rubrieken zullen gepreciseerd worden.
6) Er wordt een jaarlijks rapport gepubliceerd over de activiteiten van algemeen belang van de koninklijke familie.
7) Er kunnen bezoldigingen worden toegekend aan leden van de koninklijke familie die geen dotatie ontvangen voor prestaties van algemeen belang.
8) Er wordt een belastbaarheid inzake de verplichte directe en indirecte heffingen ingesteld (BTW, accijnzen, personenbelasting, enz.).
9) De transparantie van uitgaven verbonden aan de monarchie (instelling en koninklijke familie) die rechtstreeks ten laste zijn van de departementale begrotingen wordt verzekerd.
Daar bovenop, naar het voorbeeld van andere landen, wordt het geheel van de uitgaven verbonden aan de monarchie (civiele lijst, dotaties, departementale budgetten) gehergroepeerd in eenzelfde begrotingshoofdstuk om zo een betere transparantie te verzekeren.
10) Omwille van eenzelfde bekommernis inzake transparantie wordt gepreciseerd dat een dienstwoning in de toekomst enkel kan worden toegekend aan de volgende leden van de koninklijke familie:
- De Koning/Koningin;
- De vermoedelijke troonopvolger ;
- De Koning/Koningin die voortijdig zijn/haar functies neerlegt;
- De overlevende echtgeno(o)t(e) van de Koning/Koningin.
11) Een overgangsbepaling zal het behoud voorzien van de dotatie, van een dienstwoning en van het gedetacheerd personeel van de huidige begunstigden andere dan deze vermeld in punt I, a) tot d).
12) Een deontologische code wordt ingesteld voor de leden van de koninklijke familie die een dotatie genieten. Het niet naleven van de bepalingen van deze code kan in het uiterste geval aanleiding geven tot de intrekking van de dotatie.
Wat betreft de vermoedelijke troonopvolger kunnen de sancties niet van die aard zijn dat ze zijn statuut ondermijnen.
Bron: politics.be
Dit zijn de grote lijnen van de hervorming:
1. Het aantal begunstigden van de dotaties daalt.
a. In de toekomst zullen enkel de vermoedelijke troonopvolger, de overlevende echtgeno(o)te van de Koning, de overlevende echtgeno(o)te van de vermoedelijke troonopvolger en de Koning die voortijdig zijn functies neerlegt, en zijn overlevende echtgeno(o)t(e) een dotatie genieten. De broers en zussen van de vermoedelijke troonopvolger zullen dus niet langer recht hebben op een dotatie.
b. Een overgangssituatie is voorzien voor Prinses Astrid en Prins Laurent, die een dotatie zullen blijven genieten.
2. Elke dotatie aan een lid van de koninklijke familie zal uit twee delen bestaan : één deel dat overeenkomt met een vergoeding en een ander deel dat overeenkomt met werkings- en personeelskosten.
Voor Prinses Astrid en Prins Laurent zal de vergoeding het equivalent bedragen van deze van een lid van de Raad van State. Voor de vermoedelijke troonopvolger gaat het om het dubbele van de vergoeding van een lid van de Raad van State. Voor de overlevende echtgeno(o)t(e) van de koning zal de dotatie en daaruit volgend ook de vergoeding - maximaal twee derde van deze van de vermoedelijke troonopvolger bedragen.
3. De leden van de koninklijke familie die een dotatie genieten zullen belastingen betalen.
a. De leden van de koninklijke familie zullen Personenbelasting betalen op het deel vergoeding van de dotatie.
b. De leden van de koninklijke familie zullen eveneens BTW en accijnzen betalen.
c. Rekening houdend met de directe en indirecte belastingheffing zullen de netto bedragen van de dotaties aan alle leden van de koninklijke familie dus dalen.
4. De dotaties van de leden van de koninklijke familie zullen gecontroleerd worden.
a. De Eerste Voorzitter en de Voorzitter van het Rekenhof zullen het deel van de dotatie bestaande uit werkings- en personeelskosten controleren.
b. Een deontologische code zal van toepassing zijn op alle leden van de koninklijke familie die een dotatie genieten.
5. De dotaties aan de leden van de koninklijke familie zullen transparant zijn.
a. Elk jaar zullen de bedragen van de voornaamste rubrieken van de rekeningen van de dotaties (buiten het deel vergoeding) gepubliceerd worden.
b. Het geheel van de uitgaven verbonden aan de monarchie (civiele lijst, dotaties, departementale budgetten) zal gehergroepeerd worden in eenzelfde begrotingshoofdstuk.
c. Er wordt eveneens een jaarlijks rapport gepubliceerd over de activiteiten van algemeen belang van de leden van de koninklijke familie.
Deze hervorming van de dotaties van de koninklijke familie is de belangrijkste sinds het ontstaan van de Belgische monarchie.
Gelieve onderaan de inhoud van het akkoord te vinden.
Hervorming van de dotaties aan de leden van de koninklijke familie - Algemene principes
1) Een deel van de dotaties komt overeen met werkings- en personeelsuitgaven, een ander met een vergoeding waarvan het bedrag vastgelegd kan worden met als referentie een hoge functie in de magistratuur of bij de publieke overheid in de brede zin van het woord. Dit deel wordt niet onderworpen aan controle door het Rekenhof.
Het deel « vergoeding » van Prinses Astrid en Prins Laurent komt overeen met het bedrag van een vergoeding van een lid van de Raad van State.
Het deel « vergoeding » van de vermoedelijke troonopvolger komt overeen met het dubbele van het bedrag van een vergoeding van een lid van de Raad van State.
Het deel « vergoeding » van de overlevende echtgeno(o)t(e) komt overeen met maximaal twee derde van de vergoeding van de vermoedelijke troonopvolger.
2) Het genieten van een dotatie is niet verenigbaar met de uitoefening van een bezoldigde functie.
3) De dotatie van de overlevende echtgeno(o)t(e) van het Staatshoofd mag deze van de vermoedelijke troonopvolger niet overschrijden.
4) Er wordt een controle van deze werkings- en personeelsuitgaven georganiseerd door de Eerste Voorzitter en de Voorzitter van het Rekenhof.
5) Elk jaar worden de bedragen van de voornaamste rubrieken van de rekeningen van de dotaties gepubliceerd (buiten het deel vergoeding). De benamingen van de voornaamste rubrieken zullen gepreciseerd worden.
6) Er wordt een jaarlijks rapport gepubliceerd over de activiteiten van algemeen belang van de koninklijke familie.
7) Er kunnen bezoldigingen worden toegekend aan leden van de koninklijke familie die geen dotatie ontvangen voor prestaties van algemeen belang.
8) Er wordt een belastbaarheid inzake de verplichte directe en indirecte heffingen ingesteld (BTW, accijnzen, personenbelasting, enz.).
9) De transparantie van uitgaven verbonden aan de monarchie (instelling en koninklijke familie) die rechtstreeks ten laste zijn van de departementale begrotingen wordt verzekerd.
Daar bovenop, naar het voorbeeld van andere landen, wordt het geheel van de uitgaven verbonden aan de monarchie (civiele lijst, dotaties, departementale budgetten) gehergroepeerd in eenzelfde begrotingshoofdstuk om zo een betere transparantie te verzekeren.
10) Omwille van eenzelfde bekommernis inzake transparantie wordt gepreciseerd dat een dienstwoning in de toekomst enkel kan worden toegekend aan de volgende leden van de koninklijke familie:
- De Koning/Koningin;
- De vermoedelijke troonopvolger ;
- De Koning/Koningin die voortijdig zijn/haar functies neerlegt;
- De overlevende echtgeno(o)t(e) van de Koning/Koningin.
11) Een overgangsbepaling zal het behoud voorzien van de dotatie, van een dienstwoning en van het gedetacheerd personeel van de huidige begunstigden andere dan deze vermeld in punt I, a) tot d).
12) Een deontologische code wordt ingesteld voor de leden van de koninklijke familie die een dotatie genieten. Het niet naleven van de bepalingen van deze code kan in het uiterste geval aanleiding geven tot de intrekking van de dotatie.
Wat betreft de vermoedelijke troonopvolger kunnen de sancties niet van die aard zijn dat ze zijn statuut ondermijnen.
Bron: politics.be