Quantcast
Channel: Politics.be
Viewing all articles
Browse latest Browse all 39908

VCD : uitbreiding euthanasiewet minderjarigen

$
0
0
De Senaat keurt waarschijnlijk volgende woensdag het compromis goed van socialisten, liberalen en Vlaams-nationalisten over euthanasie voor minderjarigen. Dat zal het voor minderjarigen mogelijk maken om euthanasie te vragen. Jongeren of kinderen die terminaal fysiek lijden, zullen dan euthanasie kunnen krijgen. Een multidisciplinair team van minstens twee artsen, eventueel ook een kinderpsychiater of -psycholoog en verpleegkundigen, zal moeten oordelen of zij matuur genoeg zijn om over hun levenseinde te beslissen…

Euthanasie bij minderjarigen zou enkel kunnen bij ondraaglijk fysiek lijden. Daarmee wordt tegemoetgekomen aan de bezwaren van N-VA, CD&V en VB, die voor ondraaglijk psychisch lijden de wet niet kunnen steunen.

CD&V vindt het belangrijk dat de patiënt ‘beoordelingsbekwaam’ is. Daarom stelde die de minimumleeftijd van 15 jaar voor. Senator Van Hoof benadrukte voorts dat de uitbreiding moet beperkt worden tot terminale minderjarigen die ondraaglijk lijden.

De N-VA en de Groen hebben moeite met de term ‘recht op euthanasie’. De wet van 2002 stelt het depenaliseren van euthanasie voor onder bepaalde voorwaarden.

Een christelijke visie op het leven.
VCD gaat uit van een christelijke visie op het leven: het leven is gegeven en elk leven is volwaardig, ook al functioneert het niet meer volledig. De waardigheid van een mens is niet afhankelijk van wat iemand kan, maar alleen van het feit dat hij of zij er is. Kwetsbaar leven is waardevol.

De wet moet veiligheid en bescherming bieden voor de zwakkeren in een samenleving. We moeten zieke en oudere mensen helpen hun leven dragelijk te maken door kwaliteit te geven. De gedachte dat het normaal is dat een leven beëindigd wordt in bepaalde situaties, is een verkeerd signaal naar de maatschappij. Daarmee worden zwakkeren alleen gelaten in hun nood en verder naar de rand van de dood geduwd. Dat is niet humaan en beschaafd.

Hierbij willen we de therapeutische of diagnostische hardnekkigheid niet aanmoedigen, waarbij zinloos geworden behandelingen en onderzoeken worden voortgezet, waardoor de levens- of stervenskwaliteit worden aangetast. We willen wel pleiten voor een goede verzorging, die het leven zinvol maakt tot het natuurlijke heengaan.

De dimensie van het lijden staat onder druk.
De ‘voltooid leven’-problematiek betreft de existentiële dimensie van het lijden, dat inherent deel uitmaakt van het menselijk bestaan. De dimensie van het lichamelijk, psychisch en geestelijk lijden staat op veel plaatsen onder grote druk, alsof er geen antwoord meer te bieden valt..

Het lichamelijk lijden.
Vooreerst vraagt het lichamelijk lijden een medisch antwoord. De pijnbestrijding met medicatie, kleefpleisters, pijnpompen is in de meeste gevallen efficiënt. Een goede verzorging van het lichaam en het nodige ondersteunende comfort verhogen de kwaliteit van het leven.
Als lijden en ongemakken te hevig zijn, moet men de medicatie optrekken en soms tot volledige sedatie (bewustzijnsverlaging) overgaan. Dan kan men wachten totdat het lichaam (de mens) het opgeeft. Maar die periode is niet zinloos, want zelfs in coma hoort de persoon… Het kan een periode zijn om zich voor te bereiden op de dood. Ook een tijdelijke sedatie is mogelijk zodat de zieke bijvoorbeeld een goede nachtrust heeft of tijdelijk verlost wordt van zijn ongemakken.

Het psychisch en emotioneel lijden.
Dit lijden kan men niet met medicatie oplossen. De pijn van het afscheid nemen en de zorgen voor de toekomst van de beminden houden de persoon bezig. De onafgewerkte dossiers in zijn relationeel leven blijven wegen en angst voor de dood geeft onzekerheid. Daarom moet alles bespreekbaar zijn, in overleg met de behandelende ploeg. Een bezoek aan eenheid voor palliatieve zorgen brengt vaak rust, omdat men beseft dat men daar terecht kan met alle vragen, zo men het thuis niet meer kan opbrengen. Op deze eenheid is er tijd voor zorg op lichamelijk, psychisch en geestelijk vlak.

Het geestelijk lijden.
Ook voor dit lijden is er geen medisch antwoord. Vragen over de zin van het leven, hoe men geleefd heeft en wat er ons te wachten staat, hebben ook recht op antwoord. Het psychisch en geestelijk lijden wordt soms gemedicaliseerd. Geestelijke en pastorale verzorgers worden in veel verzorgingsinstellingen momenteel wegbezuinigd en artsen zijn hiervoor onvoldoende toegerust. Goed beleid zou betekenen, dat eerst hierin verder geïnvesteerd wordt, voordat de drempel om uit het leven te stappen verlaagd wordt.

Waardig sterven.
Waardig sterven is bemind worden, hoe afgetakeld men ook is. Wanneer men aftakelt, is het essentieel te kunnen voelen, horen en zien dat men nog voor anderen telt, dat men belangrijk is, dat men beminnenswaardig is, dat anderen ons dankbaar zijn voor wat wij voor hen gedaan hebben. Verwanten kunnen ook de toelating geven om te sterven, zodat de persoon niet meer blijft vechten voor het leven, maar het leven voldaan en natuurlijk mag loslaten.

Concreet

Het hellend vlak.
In de huidige euthanasiewetgeving is de voorwaarde om euthanasie te mogen uitvoeren, dat men lijdt aan een ongeneeslijk ziekte; de ziekte hoeft niet terminaal te zijn. Dus kunnen mensen met een langdurige ongeneeslijke ziekte zoals multipele sclerose, dementie, een zware psychische handicap, vragen om euthanasie. Een verandering van de wetgeving, die het begrip ‘terminaal stadium’ van de ziekte zou invoeren, zou een goede beslissing zijn. Zo verhindert men het hellend vlak, namelijk dat de euthanasiewet steeds meer uitgevoerd wordt bij niet-terminale patiënten.

Uitbreiding euthanasiewet voor kinderen.
VCD staat niet achter de uitbreiding van de euthanasiewet voor kinderen. Dat kinderen ook kunnen lijden is zeker waar. Maar net zoals voor volwassenen geloven we dat er genoeg instrumenten zijn om het fysisch, psychisch en geestelijk lijden te helpen dragen met het lijdende kind en de familie. De middelen die soms aangereikt worden, zijn te gering; daarom pleiten we voor de uitbreiding van de palliatieve zorg en het voorhanden zijn van geestelijke verzorgers. Die absoluut cruciale verzorging verdient structurele financiering. We dreigen in deze materialistische wereld de psychische en geestelijke steun te minimaliseren. Net in die moeilijke tijd van afscheid nemen, zijn die mensen er broodnodig. Als die steun er niet is, is het gevaar groot dat men om een ander redmiddel vraagt, dat eigenlijk aan de echte nood voorbij gaat.

De wilsbekwaamheid van jongeren.
De ontwikkelingspsychologie leert hoe hun hersenen pas matuur zijn rond het twintigste levensjaar. De denkbeelden van jongeren zijn in belangrijke mate mee gevormd door meningen van volwassen vertrouwenspersonen, met name de ouders. Echte zuivere autonomie van de jongere is tijdens die levensfase op dat punt nagenoeg onmogelijk. Daarom zijn ze niet wilsbekwaam.

Terminale jongeren leven toekomstgericht.
Bij jongeren zijn de aanvragen in de ziekenhuizen voor euthanasie minimaal. Vele ziekenhuizen krijgen geen aanvraag binnen. Die vraag gaat voorbij aan de nood. Jongeren kijken anders tegen de dood aan, wanneer ze nog in de prille fase van hun leven zijn. Soms plannen ze tegelijk hun begrafenis en het volgende schooljaar. (Waarom dan dit wetsvoorstel?)

Het niet meer wensen van een nieuwe medische ingreep wanneer de krachten van het lichaam op zijn, staat niet gelijk met de vraag naar euthanasie. Doorgedreven palliatieve ondersteuning door experten die bekwaam zijn in de opvang van kinderen en jongeren, is dan het antwoord.

Het standpunt van de verschillende wereldreligies.
Opvallend is dat de verantwoordelijken van de verschillende religies, christenen, joden en moslims, samen een tekst hebben ondertekend tegen de uitbreiding van euthanasiewet voor kinderen. Ik citeer “Euthanasie van kwetsbare mensen, kinderen of mensen met dementie, is radicaal in strijd met hun menselijke waardigheid. We kunnen daarom niet meestappen in een logica die leidt tot het ondergraven van de fundamenten van de samenleving.”



Bron: politics.be

Viewing all articles
Browse latest Browse all 39908