Bron: De Redactie
Respect voor Bart Van Aken.
Citaat:
Het Paard van Troje in Gent is een prachtige boekhandel. Veel van waar een lezer behoefte aan zou kunnen hebben is er voorradig. En niet alleen recent verschenen werk. Ook de titels die al lang en breed uit de mode zijn. Veel dus, maar niet alles. 'De vrouw die de honden eten gaf' van Kristien Hemmerechts niet. Omdat het volgens eigenaar Bart van Aken van Het Paard van Troje een irrelevant kutboek is. Irrelevant? Laten we die kwalificatie eens onder de loep nemen. Irrelevant. Bij mijn beste weten is er in de afgelopen jaren geen literaire roman verschenen die zoveel discussie teweeg bracht als 'De vrouw die de honden eten gaf'. Waarschijnlijk omdat de discussie raakt aan wat de Vlaamse schrijver Ivo Victoria de post-traumatische Dutroux-stoornis noemde. En de discussie over het boek daarmee hoofdzakelijk buiten de literatuur werd gevoerd. Dat is logisch, omdat de roman grote maatschappelijke themas aansnijdt. Goed en kwaad, menselijkheid en onmenselijkheid, ethiek en moraliteit, gewetenloosheid en barbarij. De grote themas waarin juist de literatuur, de wereld van het vrije denken en van het vrije woord, zich dient te verdiepen. Vragen stellen Ieder standpunt over de uitgesproken thematiek van de roman dat ik de afgelopen weken langs heb zien komen, kan ik invoelen, al vond ik argumenten tegen vaak ook ver afstaan van de werkelijke inhoud van de roman. (Michelle Martin wordt niet verdedigd in de roman, om maar een voorbeeld te noemen.) Maar het als irrelevant afdoen kan ik niet invoelen. Voegt het niets toe aan wat er op dit gebied, in de fictie, al geschreven is? Geeft het ons geen nieuwe inzichten? Me dunkt. Literatuur bestaat bij de gratie van nieuwsgierigheid, stelt vragen bij de dingen die gebeuren, en geeft de lezer ruimte voor zijn eigen antwoorden. Dát doet Kristien Hemmerechts bij uitstek in haar roman. Monddood maken Door het boek af te doen als irrelevant wordt in principe een auteur monddood gemaakt. Je kunt vrijuit willen schrijven, maar a priori bied ik daar geen ruimte aan, dat effect heeft het. We raken hier aan de vrijheid van denken, aan de vrijheid van het woord, zowel bij de schrijver als bij de lezer. Het argument van Van Aken dat de lezer bij De Standaard-boekhandel om de hoek terecht kan, geldt dan wel in praktisch opzicht, maar zeker niet in filosofisch opzicht. Een boekhandel is behalve een winkel óók een plek voor discussie, voor ruimte aan verschillende visies, voor emoties. Juist daar wordt de vrijheid van het woord serieus wordt genomen. En dat wordt ontkend door een term als irrelevant. Kutboek? Kutboek dan. Iedere lezer zijn mening. Echter een boekverkoper die het zo kwalificeert laat iets te veel zijn onderbuik spreken en gaat ook voorbij aan de mening van zijn klantenkring. Arjen Fortuin schreef jongstleden vrijdag in zijn bespreking in NRC Handelsblad: Half België verkettert de schrijfster wegens haar roman over de meest gehate vrouw van het land. Men zou er beter aan doen het boek goed te lezen. Zijn vier-sterren bespreking is in lijn met álle uitgesproken positieve besprekingen in Nederland, en gelukkig ook een aantal positieve in België. De Vlaamse lezer ís het intussen goed aan het lezen, blijkt uit de vele reacties die aan de auteur en aan ons worden gestuurd. Zeer relevant en zeer goed, is hun oordeel. Wij hebben deze ochtend de derde druk besteld. We komen de boeken graag verkopen bij Het Paard van Troje. Inclusief relevante discussie op de winkelvloer. |